Hoe beschrijf je de stand van de economie? Zoals het CPB dat doet? Of door alles wat telt mee te rekenen? Dat maakt veel uit. Neem bijvoorbeeld de schulden van Nederland: Die nemen elk jaar met vermoedelijk honderden miljarden euro’s toe als je alleen al kijkt naar de ecologische schulden.
De eerste MEV+ van het Platform Duurzame en Solidaire Economie (PDSE) is op 4 september gepresenteerd door PDSE-leden John Huige en Martijn van der Linden in Nieuwspoort Den Haag.
Achtergrond
Ieder jaar wordt met Prinsjesdag de Macro Economische Verkenning (MEV) van het Centraal Planbureau aan het parlement aangeboden. Dat is een belangrijk document. Ten eerste omdat het de economische kaders schetst waarbinnen de rijksbegroting wordt opgesteld. En ten tweede omdat het een goed beeld geeft van het mainstream-denken in het Nederlandse economenland.
Sinds jaar en dag bestaat er veel fundamentele kritiek op deze manier van beschrijven van de economie. Een van de kritiekpunten is dat uitgegaan wordt van gegevens over de stand en groei van de economie die op zijn minst discutabel zijn. Vooral het gebruik van de indicator Bruto Binnenlands Product (BBP) wordt betwist. Een ander veel voorkomend kritiekpunt is dat deze manier van beschrijven van de economie steeds weer leidt tot de conclusie dat de economische groei, opgevat als groei van het BBP, moet worden gestimuleerd. Dat is betwistbaar omdat deze groei gepaard gaat met ecocide, met armoede en ongelijkheid. “Wij groeien ons kapot” is een steeds meer gehoord gezegde.
Het Platform Duurzame en Solidaire Economie heeft sinds zijn oprichting veel aandacht gegeven aan deze kwestie. Dat heeft helaas nog niet geleid tot een diepgaande wijziging van de MEV. Dat is misschien begrijpelijk. “Iedereen” doet het immers zo. Bovendien gaat het om een van de belangrijkste kenmerken van het heersende economische denken, namelijk dat “economie“ beperkt wordt tot alleen díe transacties tussen mensen, en met de natuur, waar geld bij te pas komt. Het lijkt meer om geloof te gaan, dan om feitelijkheden. Veel mensen worden op sleeptouw genomen omdat ze geen duidelijke voorstelling hebben van hoe het anders kan.
De samenleving wordt nu bedreigd door veelomvattende, diepgaande en zeer urgente problematieken van ecologische en sociale aard. Business as usual is tegen deze achtergrond funest. Vandaar deze MEV+ om te laten zien dat het anders kan, dat de economie ook anders beschreven en geanalyseerd kan worden, uitgaande van principes als duurzaamheid en solidariteit. Daarbij worden veel voorstellen gedaan om de economie drastisch te veranderen.
Onderzoek heeft aangetoond dat minder inkomensongelijkheid leidt tot een stabielere samenleving. De huidige enorme verschillen tussen hoge en minimuminkomens zijn bepaald niet solidair en leiden ook niet tot stabiliteit. Extreem hoge inkomens en het verstrekken van hoge bonussen zijn onverdedigbaar. Een duurzame en solidaire economie vraagt meer solidariteit. Daaraan dienen juist de hoge inkomens bij te dragen. Onderzoek zal gedaan worden naar de effecten en de mogelijkheden van een basisinkomen (waarin alle huidige regelingen met inkomensoverdrachten opgenomen worden). Tevens dienen er experimenten te komen met een basisinkomen.
Concrete stappen
- Betaald werk wordt beter verdeeld, waardoor we naar een 20 – 25-urige werkweek groeien.
- Meer aandacht voor maatschappelijk nuttige arbeid.
- Andere beprijzing, hernieuwbare energie, reparatie-economie en een verschuiving van de belasting op arbeid naar de belasting op goederen scheppen vele nieuwe en nuttige banen.
- Betere rechten voor zowel ZZP’ers als voor reguliere werknemers staan tegenover een kortere WW mét recht op scholing.
- Hoge inkomens dragen extra bij aan de duurzame en solidaire economie.
- Doe onderzoek naar en experimenteer met een basisinkomen.
Bron: http://www.platformdse.org/?p=4492
MEV+ download: http://www.platformdse.org/wp-content/uploads/Platform-DSE_MEV+_2013_definitief.pdf