Ondernemers die zich hard durven maken voor het Onvoorwaardelijk Basisinkomen of die het publiekelijk over een Onvoorwaardelijk Burgerinkomen durven te hebben, lopen er niet veel rond, helaas.
Ze worden dan ook nog eens gelinkt aan het neo-liberalisme, het kapitalisme en alle slechte gevolgen ervan en tegenstanders (of zijn deze mensen misschien gewoon nijdig op dàt waarin anderen slaagden en zijzelf niet) beweren bij hoog en laag dat deze ondernemers zich het OBi- platvorm gewoon toeeigenen om zichzelf te “profileren” en, erger nog, de lonen naar beneden te halen, de mensen nog meer uit te buiten want ja: met die OBi- sokkel kunnen ze toch voldoende “overleven”.
Het maakt me kwaad. Zelf ben ik geen ondernemer, wel een soort selfmade woman (and proud to be) en zoals Götz Werner hieronder schrijft: ik heb mijn krachten, mijn inspiratie en mijn creatief denken gehaald uit zowel de goede momenten als de slechte momenten in mijn leven. Meer nog: haal die oogkleppen weg en kijk met een open geest naar de wereld, sta open voor verandering.
Een onderneming verandert, een bedrijf verandert voortdurend en moet zich aanpassen aan de nieuwe marktgegevens, maar ook wij, elk van ons, moeten dit doen, want de wereld is volop aan het veranderen en willen we de boot niet missen dan moeten we nu meteen aan de slag: leren uit de negatieve ervaringen om nieuwe uitdagingen aan te gaan en ons inzetten voor die wereld van morgen die, en dat willen we toch allemaal, een betere wereld moet zijn voor onze kinderen en kleinkinderen.
Ik heb intussen het plezier gehad om Roland Duchâtelet te mogen ontmoeten. Een ondernemer uit hetzelfde hout – ik zeg liever uit hetzelfde “hart” – gesneden als Götz Werner.
Zowel Götz Werner als Roland Duchâtelet hebben het begrepen:
Götz Werner: “Vandaag leven we in een wereld van overvloed, vroeger was dat wel anders. Dat komt door de optimaliserende methodes, spitstechnologie, en de mondialisering van de arbeidsmarkt. Niemand werkt in feite nog voor zichzelf, maar wel voor anderen en wat jij in je eigen leven nodig hebt, werd door anderen gemaakt. Dat gaat zowel over luxeproducten als producten die de basisbehoeften moeten dekken. Geld is het bindmiddel van dit alles.
Maar, wanneer mensen niet meer voor zichzelf kuunnen zorgen en ook de levensnoodzakelijke producten enkel met geld te verkrijgen is, dan staat het Recht op leven gelijk aan het Recht op Inkomen. En noem het Onvoorwaardelijk Basisinkomen, of Universeel Burgerdividend, of….het is gewoon een democratisch burgerrecht te kunnen en mogen deelnemen aan de maatschappij in al haar facetten.
http://www.unternimm-die-zukunft.de/de/zum-grundeinkommen/
Duchâtelet: «Je bevrijdt inderdaad de mensen. In die zin is het basisinkomen een vrijheidsinkomen, want je kan op elk moment foert zeggen tegen je baas zonder heel je inkomen te verliezen. Misschien vervelend voor werkgevers, maar ze krijgen in ruil personeel dat graag en dus beter werkt. Veel politici, vooral socialisten, betuttelen de bevolking graag. “Wij zullen je wel aan het werk helpen.” Voor hen is die vrijheid angstaanjagend.»
Slecht nieuws voor die politici. Volgens economen als Nobelprijswinnaar Paul Krugman zal een basisinkomen onvermijdelijk worden, wanneer zo goed als alle jobs verloren gaan aan automatisering. Door de robotrevolutie verdwijnt het werk.
Duchâtelet: «Uiteraard! Momenteel hebben we door automatisering genoeg aan acht procent van de Belgische bevolking om alle industriële producten en voeding te produceren. Zelfs in China werkt men steeds meer met robots. We leven dus in het aards paradijs, maar beseffen dat onvoldoende. Door allerlei ingewikkelde constructies probeert men een maatschappelijk model van zestig jaar geleden in stand te houden. Er zijn ontzettend veel overheidsjobs gecreëerd die voor de helft overbodig zijn en waar geld aan versmost wordt.»
«Toen ik twintig jaar geleden pleitte om de belasting op arbeid te vervangen door een belasting op consumptie verklaarde men mij voor gek. Vandaag geven zelfs de vakbonden mij gelijk. Ik ben er dus van overtuigd dat het moment van het basisinkomen zal komen.»
http://www.veto.be/jg40/veto4023/roland-duchatelet-geef-elke-belg-achthonderd-euro-per-maand-zonder-verplichtingen
Ik deel de optimistische visie van Roland Duchâtelet! Het OBi zal er komen!
Misschien niet meer voor mezelf. Maar is dat wel nodig? Ik ben een jonge bijna 3x20er en mijn inzet voor dit alles doe ik niet voor mezelf, maar voor m’n vier kleinkinderen die binnen nu en 20 jaar, prille twintigers zullen zijn. Er wordt gezegd: kinderen zijn onze toekomst. Wel, geef ze dan ook die toekomst!
Een toekomst waarvan ze de uitdagingen durven aangaan, zoals Götz Werner hieronder schrijft. Natuurlijk zullen ook zij, net als wij en onze ouders vroeger, met vallen en opstaan door het leven gaan. Het Obi is ook niet de enige zaligmakende oplossing voor alle problemen die op ons blijven afkomen: klimaatopwarming, economische crisis, teloorgang van echte democratie, verlies van burgerrechten en vrijheden maar ook het NIMBY (not in my back yard) syndroom waartegen we ons moeten verzetten, want burgerrechten houden ook burgerplichten en -verantwoordelijkheid in.
Het OBi kan wel een eerste grote stap in de goede richting zijn. Dit toekomstgerichte idee vraagt wel om een degelijk gezond concept dat alle politieke, ideologische en andere clivages overstijgt. En dat is nu vandaag onze opdracht: het beste ervan maken en niet vies zijn van ideeën die anderen ons aanreiken omdat het dan niet meer “ons eigen idee” is.
Het is zoals met je kinderen: je brengt ze niet op deze wereld voor jezelf. Je moet ze kunnen loslaten. Zo moet dat ook met het OBi. Ik ontmoet helaas teveel mensen die vinden dat hun idee hierover het beste is en dat van de andere meteen de vuilbak ingooien.
En dat is jammer, want zo geraken we er nooit en die verdeeldheid in OBi kringen is korrel op de molen van de politiek: verdeel en heers en voor de rest kijken we de kat- het OBi- uit de boom.
Laat ons onze krachten bundelen om van het OBi een modern eigentijds en toekomstgericht model te maken dat ten goede komt aan iedereen.
Lambrecht Christina
8 Mei 2014
En dan hier de brief van Götz Werner
Beste lezers,
Er is me eigenlijk al heel vroeg iets opgevallen, van toen ik nog in m’n vader’s drogisterij stond en er mijn eerste eigen ervaringen en kennis kon ophalen: mensen gaan in feite liever een taak aan die ze graag doen. In de wereld van “werken” mag dat geen probleem zijn, vooral als men erin gelooft dat voor elk werk wel iemand te vinden is die dat werk wil doen.
Maar wat als we het over “straten vegen” gaan hebben?
Misschien had ik wel geluk want een vriend van m’n vader bleef ons maar herhalen: “jongens, voor eendere welk werk, doe het met plezier, want werken ga je toch moeten doen.
Als ondernemer of manager, dus in een positie waarin je in elk geval meerdere taken tegelijk op jou moet nemen, met verschillende opdrachten en verantwoordelijkheden met betrekking tot de uitdagingen ervan, wordt je ook wel eens verplicht om de minder aangename taken op jou te nemen. Want anders is dit niet goed voor de onderneming.
Zijn eigen zwaktes durven erkennen, ertegen durven in te gaan, oplossingen zoeken en zich ook inzetten voor de minder aangename kantjes van de onderneming, dat is waarvoor elke zichzelf respecterende ondernemer moet gaan.
Ik durf zelfs te zeggen dat je vooral die minder aangename taken, die we niet zo graag doen zo goed mogelijk moet uitvoeren.
Je die houding eigen maken sterkt je ook om tegenslag op te vangen.
In interviews krijg ik dikwijls vragen over deze dieptepunten.
Deze manier van denken, in categoeriën van hoogte-en dieptepunten, vind ik zelf een beetje een “geponst denken”
Een opvallende ervaring mag men niet gaan zien als hoogte-of dieptepunt, maar moet men aangrijpen om bij een volgende opdracht nog beter in te grijpen en naar voren te treden.
Voor mij waren dieptepunten als schoppen tegen de schenen, die mij wakker hebben geschud en daar ben ik heel dankbaar om, ook al kwam het door tragische gebeurtenissen.
Want had m’n eigen vader me niet uit de familiedrogisterij gegooid en had m’n latere baas van het drogisterij filiaal Idro mijn nieuwe eigen concept niet geweigerd, dan stond mijn zaak dm-drogerie markt er vandaag niet.
Dieptepunten kunnen dus omgezet worden in hoogtepunten, als je maar zelf durft initiatief te nemen.
De vraag die we ons echter in zowel extreme goede of slechte momenten moeten stellen is : kan ik de situatie aan, of ga ik eraan ten onder?
Medelijden hebben met jezelf blokkeert en werkt contra-productief.
Integendeel, elk incident vereist juist enige creativiteit en voldoende creatieve kracht om adequaat om te gaan met kritische situaties en om ze te beheersen.
Als dat lukt, dan bevordert het zelfvertrouwen, authenticiteit, zelfontpooiing en durf tot initiatief.
Moeilijke situaties bieden daarom, voor diegenen die ze als uitdaging zien, ook altijd wel iets goeds.
Dat is geldig voor alles wat we ondernemen.
Wat voor de ondernemer in een bedrijf telt, telt ook voor de maatschappij, en telt voor elk van ons persoonlijk.
Jullie allemaal, beste lezers, wens ik van harte toe dat jullie elke situatie – en ook
je persoonlijke hoogte-en dieptepunten – gebruiken als impuls om de dingen te doen die moeten gedaan worden.
Götz Werner
http://www.unternimm-die-zukunft.de/media/medialibrary/2014/05/kolumne_ausgabe_mai14.pdf
Vrije vertaling door Christina Lambrecht – 8 Mei 2014