In 1795 ging de parochie van Speen, in Berkshire, Engeland, over op een radicaal nieuw systeem van armenzorg [1]. Vanwege de rampzalige Franse oorlogen en een reeks van slechte oogsten namen de graanprijzen sterk toe. De stijgende graanprijzen stuwden de armoede op en wakkerden onrust aan want brood was het hoofdvoedsel van de armen. Beducht voor de mogelijkheid van rellen besloot de parochie inkomenssteun te bieden opdat werkende armen in hun levensonderhoud zouden kunnen voorzien. De uitgekeerde bedragen werden gekoppeld aan de prijs van brood. Ieder gezinslid kwam in aanmerking voor de tegemoetkoming, dus hoe groter het gezin, hoe meer het ontving. In feite was het een stelsel van arbeidsgebonden uitkeringen. Verder lezen
malthus
De morele aspecten van het basisinkomen
“In het zweet uws aanschijns zult gij brood eten.”
Genesis 03:19
De val van Adam en Eva is een metafoor voor het einde van ons leven als jager-verzamelaar. Eden wordt de herinnering van een onderdrukte boerenstand aan de meer humane wereld van hun fortuinlijker voorouders. Voordat we in de appel beten, leefden we goed van wat het land opbracht. Jager-verzamelaars leefden langer, aten beter en werkten minder dan hun nakomelingen, de landbouwers. De gemiddelde lengte van een volwassene, een goede indicator voor de voedingstoestand van kinderen, kwam pas ongeveer 150 jaar geleden terug op het niveau zoals dat was in het Paleolithicum. Verder lezen