Zelfstandigen, van uitholling van het arbeidsrecht naar nieuwe kansen voor sociale zekerheid

reyerbronsZelfstandigen die geen producten maken en verkopen, maar diensten leveren waarbij vooral de bestede tijd bepalend is voor de te ontvangen vergoeding, liggen zo nu en dan onder vuur. Telkens weer laait de vraag op of een ZP (zelfstandige professional, meestal negatief aan geduid als ZZP, zelfstandige zonder personeel) wel een ondernemer is. Zo ja, dan moet hij zelf zijn belasting afdragen en zorgen voor financiële vangnetten voor tegenslag, ziekte, invaliditeit en ouderdom. Zo nee, dan draag de werkgever loonbelasting etc. af en is voor veel tegenvallers een complex stelsel van sociale zekerheid aanspreekbaar.
Fiscaal is het op dit moment aantrekkelijker ondernemer te zijn, maar er is veel discussie om daar wat aan te doen. Voor de sociale zekerheid is het verschil cruciaal: je doet helemaal mee of helemaal niet!

Wat speelt er nu.

kloofToen ik circa vijftien jaar geleden startte als interim-manager (IM) maakte de belastingdienst zich niet zo druk over dit onderwerp. Wel de toenmalige uitkeringsinstanties die toen nog zelfstandig de premies voor de sociale zekerheid inden. Deze achtervolgden bemiddelingsbureaus met claims om premies betaald te krijgen voor de bemiddelde IM’ers. Om zich in te dekken werd door die bureaus op de fee van de IM een reservering ingehouden. Je kon proberen dat te voorkomen door via veel paperassen (en een redelijk hoog bedrag) een verklaring te laten opstellen door een hierin gespecialiseerd advocatenkantoor.
Aan de deze praktijk en de vele conflicten die dat opleverde, kwam een eind met de invoering van de Verklaring ArbeidsRelatie (VAR)[1]. Hieraan is vooral flink getrokken vanuit de ORM (thans NVIM)[2] en het PZO[3] dankt daaraan zijn ontstaan. De VAR gaf de opdrachtgever vooraf zekerheid of een opdrachtnemer fiscaal (inmiddels inclusief sociale zekerheid) ondernemer of werknemer is.

Helaas verloederen mooie dingen vaak na een tijdje.
Zo vragen sommige scholen voor elk incidenteel gastcollege standaard om een VAR (zie als voorbeeld deze blog van Karen Romme)[4], zodat veel papier verstuurd en opgeborgen moet worden. Terwijl er toch zelden iemand een aanstelling zal krijgen voor in totaal 2 uur!
Maar het komt ook voor dat werkgevers hun personeel ontslaan en vervolgens tegen een laag tarief als ZP hetzelfde werk laten doen. Dat spaart kosten bij de werkgever en verschuift de verantwoordelijkheid voor het sociale vangnet naar de daarvoor niet voldoende betaalde werknemer. Dit is schijnzelfstandigheid die mogelijk de grens van fraude overschrijdt.

Het valt te verwachten dat er binnenkort een leger van controleurs aan de slag gaat om (achteraf!) te controleren of de VAR terecht is afgegeven. Verdwenen is daarmee de duidelijkheid vooraf voor de ZP, maar ook voor de opdrachtgever die geacht wordt te weten of het ‘feitencomplex’ rond de verstrekte opdracht klopt met het daarover gestelde in de vooraf afgegeven VAR!

In een brief van 17-9-2012[5] meldt staatssecretaris Weekers dat de VAR per 2014 vervangen wordt door een ‘webmodule’, die voorafgaand aan een opdracht door opdrachtgever en opdrachtnemer geraadpleegd kan worden (en uitgeprint en ondertekend?). Terecht ziet hij geen heil in een eerdere suggestie van de SER[6] om het fenomeen ZZP scherp te definiëren – dat is immers ook niet gebeurd voor het begrip ondernemer. De creativiteit van ondernemers (en ZP’ers) zal tamelijk vaak botsen met wat een goede definitie leek te zijn!

Met de webmodule wordt de verantwoordelijkheid voor de beslissing over zelfstandigheid bij beide partijen gelegd. Maar ik schrik wel van de passages over de controle die nodig blijkt omdat te voorkomen dat partijen samen kunnen besluiten tot minder correct handelen! Met een beetje pech betekent deze webmodule enerzijds wel winst voor de belastingdienst die niet meer jaarlijks flinke stapels van de VAR hoeft te printen en te verzenden, maar anderzijds een enorme druk om de webmodule te gebruiken om je in te dekken tegen dreigende controles. Dat betekent op zijn minst een flinke administratieve lastenverzwaring, maar het kan ook een psychologische rem worden om opdrachten uit te zetten.

Terecht maken de organisaties van zelfstandigen (waaronder het al genoemde PZO) zich grote zorgen. Ze hebben de handen ineen geslagen om een alternatief[11] te ontwikkelen, met als kenmerken onder andere een eenduidige definitie van ondernemerschap, persoonlijke selectie aan de poort met jaarlijkse monitoring en handhaafbare registratie van ondernemerschap. De bedoeling is dat startende ondernemers beseffen waar zij aan beginnen en dat schijnzelfstandigheid en koppelbaaspraktijken worden uitgebannen.

Deze aanpak oogt administratief sympathieker dan de webmodule. Probleem is de veronderstelling dat er een goede definitie valt te maken en daarmee ontstaat dus als vanzelf gesteggel over de selectie aan de poort met jaarlijkse monitoring’ en moet gevreesd worden dat de behoefte aan veel controle aanwezig blijft.
Daarmee is deze alternatieve aanpak hooguit een graduele verbetering.

Hoe komen we uit deze spagaat?

Een simpele oplossing, op het eerste gezicht, is ieder vrij te laten of hij ondernemer of werknemer wil zijn. Tegenstanders hiervan hebben waarschijnlijk gelijk dat velen dan zullen kiezen voor het gewin op korte termijn en geen eigen financieel vangnet maken voor slechtere tijden. In zijn brief vreest de staatssecretaris nu ook al voor inkomstenderving van de staatskas via onterecht uitgekeerde ondernemersfaciliteiten, maar vooral ook voor ‘uitholling van het stelsel van werknemersverzekeringen en het arbeidsrecht’. Volstrekt ongewenst dus, vanuit zijn optiek.

Maar dit brengt ons wel bij oplossingsrichtingen die tot nu toe weinig aandacht krijgen. Laten het creatief koersen op veranderingen van het stelsel zo dat de verschillen tussen ondernemer en werknemers verdwijnen en onbelangrijk worden.
Een vergaand voorstel dat hieraan tegemoet komt deed Peter van Hoesel in 2008 (Partij voor Eenvoud)[12]: schaf het fenomeen werknemer af en maak iedereen ZP’er. Dan moeten we uiteraard een stelsel van sociale zekerheid ontwerpen voor iedereen.
Het afschaffen van de werknemer lijkt heel revolutionair, maar waarschijnlijk nog geen eeuw geleden hadden alle arbeidsrelaties een vorm die meer op die van een ZP’er van nu lijkt. Verder zijn er in Nederland al ongeveer een miljoen zelfstandigen, dus het stemmen met de voeten in deze richting is al begonnen. Ook de titel ‘Iedereen CEO’[9] van een boek van Menno Lanting wist deze kant uit. (Hoewel waarschijnlijk de meeste CEO’s fiscaal gezien werknemer zijn en geen ondernemer!)

Een ander voorstel (dat overigens prima met het vorige te combineren valt). Is invoering van een basisinkomen. De WRR pleitte hier in 1987[10] al voor en becijferde dat invoering financieel haalbaar is door bestaande uitkeringen en belastingfaciliteiten daarvoor te gebruiken. En bedenk eens hoeveel grimmige controleactiviteiten hiermee opgedoekt kunnen worden zodat de inzet van de uitvoerders bruikbaar is voor intrinsiek nuttiger werk! De armoedeval waarin je terecht komt zodra je thans iets meer dan het minimum gaat verdienen, verdwijnt en een norm voor minimumloon is overbodig.
Het Netwerk Politieke Innovatie[7] pleitte er onlangs voor het basisinkomen weer serieus in studie te nemen. Verder is er op dit moment een petitie in voorbereiding om in Europees verband het et ‘onvoorwaardelijk basisinkomen’ op de agenda te zetten[8].

Invoering kan ook wel eens noodzakelijk worden als de toenemende automatisering tot gevolg heeft dat betaald werk (in de zin zoals we dat nu kennen) voor iedereen kwantitatief onmogelijk wordt.
Voorgaande suggesties geven een denkrichting die weliswaar de problemen van vandaag niet direct op lossen, maar wel meer perspectief bieden dan de krampachtige en demotiverende controlemechanismen waarmee we nu worden geconfronteerd. Wie weet dagen deze suggesties anderen uit stappen te zetten die ons echt vooruit helpen.

Auteur:

Reyer Brons – woensdag 30 januari 2013
https://npi.pleio.nl/blog/view/18921832/zelfstandigen-van-uitholling-van-het-arbeidsrecht-naar-nieuwe-kansen-voor-sociale-zekerheid

 

Noten: